zaterdag 22 februari 2014

21 februari: Tongariro crossing

Vandaag was de grote dag: de wandeling van 19 km langs de vulkanen. Een tocht waarvan de één zegt “het is zwaar” en een ander zegt “is goed toe doen”. Dus het beste was om het zelf uit te vinden. Om 7.40 uur werden we met een bus opgehaald en naar het beginpunt van de wandeling gebracht. Het weer was goed en de verwachting was ook in orde (NB: de tocht van morgen gaat bijvoorbeeld niet door vanwege slecht  weer).


Het eerste deel van de wandeling was relatief eenvoudig. Het mooie was ook dat het landschap als het ware ontwaakte. De wolken verdwenen en de zon kwam er doorheen, dat leverde  “scenic”ochtendplaatjes op.


Daarna begon de steile klim. Boven werden we beloond met het eerste prachtige uitzicht. Dit was het begin, want er zouden nog diverse fantastische uitzichten volgen.


Tegen half 11 beginnen we aan een steile klim omhoog, althans dat denken wij. We zien allerlei mensen tegen de helling aangeplakt zitten, net als een stel Jan van Genten. De werkelijke reden blijkt te zijn dat er onderhoud aan de route wordt gepleegd. We moeten 10 minuten wachten en dan zien we wat ze gedaan hebben, treetjes in de berg uitgehakt zodat we iets gemakkelijker omhoog komen. Toch is dit een lastig gedeelte van de klim. Bovenop de eerste top krijgen we al een mooie beloning: de rode krater.



Op de hoogste top komen de oh’s en de ah’s:  schitterende turquoise vulkaanmeertjes (emeralds). Tijd voor (weer) een fotomomentje.


Dan volgt een spectaculaire afdaling. Onze eerste gedachten waren “dit is de zwarte piste bij het skiën”. Dat betekent achteroverhangen, hakken in het zand (nu mag het eindelijk) en naar beneden glijden. In het begin nog even opletten, vanwege rotsen onder het zand, maar daarna “gaan met die banaan”. Ik zie Annelies voor me gaan als een speer, terwijl ze me nog toeroept “als je valt kijk ik niet”.  Ze was altijd al zo zorgzaam.



Harry hing iets te veel achterover en gleed via zijn derrière nog een stukje door. Marja bleef stoer overeind tijdens die afdaling.


Tegen 12 uur genieten we van een korte lunch aan het meer, daarna vervolgen we onze tocht weer, zigzaggend naar beneden op weg naar de Keteahi hut.

De hut waar veel mensen te lang blijven zitten en dan stramme spieren krijgen.  Onze stop daar duurt op de kop af 12 minuten. Te kort om stramme spieren te krijgen en lang genoeg om even de druk er vanaf te kunnen halen. Daarna is het lopen, lopen en nog eens lopen. Veelal omlaag en af en toe toch nog een stukje omhoog. Dan komen we het beroemde en beruchte Never Ending Forest. Het laatste stuk van de tocht gaat daar doorheen en bij iedere bocht denk men ben ik er nu. Iedereen is dan namelijk moe en wil klaar zijn. Gewapend met deze kennis halen we onze iphone en ipod te voorschijn, doen de oortjes in en met muziek scheuren we naar beneden. Annelies was niet bij te houden, ze dartelde over paden en rende van de trappen af. Never Ending Forest was voor ons Music Forest. En ineens stonden we op de parkeerplaats, niet geheel onverwacht (we hadden de tijd/km bijgehouden), maar wel sneller dan verwacht. Harry en Marja kwamen er een uurtje later achteraan.


Het was een dag om niet meer te vergeten en een ervaring die we een ieder kunnen aanbevelen.

Logboek van de wandelroute:
8.15: start van de tocht
9.20: 4 km - 1.05 uur, relatief vlak, daarna begon de steile klim
9.58: 6 km - 1.43 uur, op de top aangekomen volgt  weer een vlak stuk, bovenop 10 minuten gerust
10.30: begonnen we aan de steile klim, als we bovenaan zijn volgt een afdaling met zand
12.00: korte lunchbreak
12.25: 11 km, de route loopt nu zigzaggend naar beneden
12.39: 12 km
12.53: 13 km, we arriveren bij de keteahi hut
13.05: vertrek bij de hut
13.58: begin van het Never Ending Forest
14.38: aankomst bij de parkeerplaats, het einde.

Totaal circa 6.35 uur gelopen over 19,4 kilometer.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten