maandag 25 mei 2015

24 mei Van Reykjavik naar Kirkjubaejarklaustur



Vandaag was de dag van de watervallen. Of om in het IJslands te spreken de foss-en. ’s Ochtends kregen we meteen al een goede tip toen we de sleutel inleverende van ons appartement. Voor de weer- en wegcondities check www.vegagerdin.is. Essentieel voor als je het binnenland intrekt, want het water in een rivier kan zo maar ineens stijgen en de route die je van plan was onbegaanbaar maken of risicovol.

Vanuit Reykjavik rijden we door een vulkaanlandschap, hoe kan het ook anders, met dichtbij heuvels met sneeuw en ijs. Als extra traktatie dringt af en toe een walm rotte eieren (=zwavel) onze auto binnen en doordringt onze neuzen. Het weer lijkt mee te werken vandaag. De zon piept door de wolken. Als we vervolgens even uitstappen om de vallei te bekijken vanaf een uitzichtpunt, worden we bijna weggeblazen door de harde wind.
Veel grote wegen kent IJsland niet, dus rijden we de komende dagen vaak de weg met nummer 1. Tijdens het rijden passeren we veel boerderijen waar paarden gefokt worden. En dan de eerste waterval: de Seljalandsfoss.



Je kunt achter de waterval langslopen, maar dan wordt je wel drijfnat. Dus neem en regenbroek en een regenjas mee naar IJsland, want je kunt die nog vaker nodig hebben. Wij zijn niet achterlangs gelopen, maar zijn door gewandeld naar de Gljüfrabül: ook een tip die we ’s ochtends kregen. 




Vanaf de Seljalandsfoss loop je 3 à 4 minuten door naar links tot je een hoek omgaat naar rechts. Dan sta je voor een nieuwe waterval, die nog mooier is. Via een route omhoog met kettingen, die door William werd bedwongen, had je uitzicht op de waterval van bovenaf. Onderlangs bereikte je deze via een soort kloof,  waar je werd beloond met een prachtig blik op de waterval. 




Bij de souvernirshop troffen we een echte IJslandse spreuk aan: Don’t like the weather? Just wait 5 minutes.

Daarna zijn we doorgereden naar Porsmörk in het binnenland. Je komt er via een ongeasfalteerde weg, die alleen toegankelijk is voor 4 wheel drives. Van te voren wisten we niet zeker of we er daadwerkelijk zouden kunnen komen, maar gelukkig leek het weer goed en de wegcondities ook (gecheckt via www.vegagerdin.is). Halverwege kwamen we X-treme 4 wheel drives tegen. Bij de frontdriver hebben we even gecheckt wat de condities van de route waren. Hij antwoordde dat we 6 rivieren door moesten waden met de auto -je hebt geen waterdekking- en de verwachting was dat het weer ging regenen. En als je het eindpunt bereikt moet je ook weer terug. Dus zijn we verstandig geweest en zijn we omgedraaid (helaas, want het is wel erg mooi).
Onderweg naar Skogafoss (de tweede waterval), zijn we nog even gestopt op de plek vanaf waar de eruptie van de Eyjafjallajökull in 2010 goed te zien was. Bij Skogafoss was het weer omgeslagen, het regende. Door ruim 400 trappen te bedwingen hadden we een mooi uitzicht op de waterval van bovenaf en op de omgeving. 




Waar blijft de zon? Gelukkig verscheen die ruim 5 minuten later weer, terwijl wij onderweg waren naar Dyrholaey: een klif waar vanaf je een mooi uitzicht hebt op het zwarte strand en een wilde zee. 




Met enig geluk kun je daar ook papegaaiduikers zien, maar die hebben wij helaas gemist. 




Vlakbij ons nieuwe hotel genaamd Geirland in Kirkjubaejarklaustur hebben we nog een waterval bekeken.




Daarna rustte Annelies even lekker uit en is William nog even gaan hardlopen.

1 opmerking:

  1. Handig die tips! Daar kunnen wij in juli nog wat aan hebben. Geen gebrek aan watervallen lees ik :-). Geniet ze verder!

    BeantwoordenVerwijderen